Herst of winter

Machteloos sla ik om mij heen,
Ik zie ze daar samen dansen,
Op de muziek die van ons was,
Doelloos en verslagen keer ik mij,
Ik dacht dat wij nog jaren zouden,
Maar ik was slechts een winterjas,
Nu de ergste tranen zijn gehuild,
En haar hand genoeg heeft gerust,
Weet ik dat ik weer mag beginnen,
Zij zal nu haar tanden bloot lachen,
Met droge ogen laat ze mij tranen,
Terwijl ik haar leerde weer te beminnen,
Maar is dit nu voor even,
Of is het al veel later,
Zijn we nog aan het drinken,
Of is dit al de kater,
Hoe dan ook blijf ik zoeken,
In de hoop dat het draait,
Als een storm die soms raast,
En dan weer is uitgewaaid.