Engel

Ik wil wel praten,
Maar ik kan het niet,
Over de bloesem,
Die zij niet ziet,
De brandende tranen,
Toen ze mij verliet,
Maar ik kan het niet,
Geef me nog een dag,
En ik toon je de wolken,
De regen geeft me een lach,
Ik laat ze de zon inkorten,
Want dan krijg ik het gevoel,
Dat de hemel zich wil uitstorten,
Een engel zal dan gaan dwalen,
Over de plekken op de aarde,
 Uiteindelijk zal ze bij mij stralen,
Dan fluistert ze in mij oor over toen,
 Denkt ze terug aan die dagen,
En wie weet krijg ik weer die zoen.